British flag  Bandeira brasileira
Plaatje familiewapen De Munnick

Plaatje Portugese vlag

Vreemdeling in Portugal

Bert Ernste

1997

Hebben autochtone Nederlanders wel enig idee wat je als buitenlander moet doen om in Nederland te mogen wonen? Een Brit, die bij de Universiteit Utrecht kwam werken, probeerde zich in te schrijven bij de burgerlijke stand. Daarvoor moest hij eerst bij nacht en ontij bij de vreemdelingenpolitie langs om daar een afspraak te maken voor, schrik niet, drie maanden later. Hij kwam uit een land van de Europese Unie. Voor wereldburgers van daarbuiten is het allemaal nog veel moeilijker.

Voordat Portugal lid werd van de -toen nog- Europese Gemeenschap, probeerde ik mij te vestigen in Portugal. Gewapend met mijn eerste woorden Portugees toog ik naar de vreemdelingenpolitie. Achter een prachtige houten balie zaten vier ambtenaren. In mijn gebroken Portugees vertelde ik wat ik wilde en liet ik een inschrijving bij de universiteit zien. “Nummer 7!” sprak de dame. Ik schrok, want dat begreep ik niet. Ze wees streng naar de muur.

In houten lijsten hingen daar zo’n vijftien voorbeelden van brieven. In Portugal werkte men toentertijd niet met invulformulieren. Ik moest de betreffende brief (“Aan de hoogedelachtbare directeur-generaal van de vreemdelingendienst. Hierbij smeek ik de edele heer ...” - ik overdrijf niet.) overpennen op een blauw papier, voorzien van een reliëfzegel, het zogenoemde papel selado, dat ik bij een kantoorboekhandeltje vlakbij moest gaan kopen.

Toen ik braaf het juiste model overschreef op mijn blauwe ‘zegelpapier’, kwam er een oudere Kaapverdiaan naar mij toe. Mijn Portugees was niet best en Kaapverdianen hebben zo hun eigen accent, ondanks eeuwen van Portugese koloniale overheersing. Maar uiteindelijk bleek toch dat hij graag wilde dat ik een brief voor hem schreef. “OK, zeg maar welk model”, want ik wist nu natuurlijk van wanten. Na overleg aan de balie bleek dat de Kaapverdiaanse heer, die mijn vader had kunnen zijn als hij een andere kleur had gehad, het ontvangstbewijs van zijn ingeleverde documenten kwijt was. Hij moest nu een brief schrijven -op het blauwe papier- waarin hij verzocht om teruggave zonder het ontvangstbewijs te tonen.

De Kaapverdiaan was analfabeet. Het ontvangstbewijsje zal daardoor weinig voor hem betekend hebben. Ik had een mooie vulpen, dus ik zou wel goed kunnen schrijven. In gebroken Portugees (er was voor dit geval geen voorbeeld aan de muur gehangen) schreef ik de gevraagde brief. De ambtenaar keek er wat twijfelachtig naar, maar zei verder niets en gaf de heer met de grijze haren zijn papieren.

Daar stond ik in Portugal. Ik had een analfabeet geholpen in de vierde of vijfde taal die ik (een beetje) kende. Blank zijn en in West-Europa geboren worden, het helpt echt. Ik voelde mij verlegen met zoveel privileges.

Meer Portugal | Meer columns | Contact