British flag  Bandeira brasileira
Plaatje familiewapen De Munnick

Plaatje Nederlandse vlag

Afrekenen met jaren zeventig en tachtig

Bert Ernste

September 2008

Was u erbij in de jaren zeventig en tachtig van vorige eeuw? Er was opstand in Nederland en een groot deel van de Westerse wereld. Er werd geprotesteerd tegen kernenergie en de neutronenbom, tegen kruisraketten en voor de vrede. Er waren acties voor abortus en tegen speculatie met lege panden, terwijl er woningnood was. Men liep te hoop tegen de Amsterdamse metro en de afbraak die daarvoor nodig was en vóór de zelfstandigheid van koloniaal bestuurde landen in wat toen de derde wereld heette.

poster Geen woning, geen kroning Daarbij ging het niet altijd zachtzinnig toe. Met name krakers raakten nogal eens slaags met de politie, als deze besloot om gekraakte panden te ontruimen. De ergste krakersrellen vonden plaats toen koningin Beatrix werd gekroond op 30 april 1980. Ook waren er actievoerders die met een hamer straaljagers van de luchtmacht probeerden te vernielen. Universiteiten werden bezet om onderwijsvernieuwing af te dwingen. De Universiteit van Tilburg werd door studenten tijdelijk Karl Marx Universiteit genoemd, overigens net vóór de jaren zeventig (1969). En zo was er nog wel wat aan de hand in die woelige jaren.

Linkse ideologieën hadden toen de overhand onder jongeren en tamelijk veel anderen. Nu is dat anders. Na de val van de muur en het uiteenvallen van de Sovjet-Unie kraait rechts victorie en winnen conservatieve (neoliberale) krachten wereldwijd aan invloed, zeker ook na de terroristische aanval op de twin towers van New York in 2001. Rechts greep zijn kans en maakte gebruik van de overtrokken angst voor terrorisme om talloze burgerlijke vrijheden (privacy) aan banden te leggen en de burger vergaand in de gaten te houden. Grotendeels zijn al die anti-terrorismewetten ineffectief als het gaat om echte terroristen, al zijn een aantal specifieke maatregelen natuurlijk wel zinvol. (Zie ook ‘9|11 onzin’.) Tot dusver is er weinig nieuws onder de zon, zo werkt de slinger van de geschiedenis. Soms is de invloed van de ene stroming sterk, dan de andere.

Maar nu de conservatieven aan de macht zijn, in ieder geval op de opiniepagina’s, willen ze afrekenen met het verleden. Mensen die toen ‘fout’ zaten, moeten weg wezen, zo vindt rechts bij monde van ietwat schril klinkende columnisten. Zo hadden we kort geleden in Nederland de affaire Duyvendak. Wijnand Duyvendak was kamerlid van Groen Links totdat hij zelf een boek publiceerde over zijn actieverleden, Klimaatactivist in de politiek. Toen kwam ook boven dat hij als redacteur van Bluf! in 1985 verantwoordelijk was voor de publicatie van de adressen en vakantiedata van zes hoge ambtenaren. Bluf! riep lezers op om deze menzen ‘op te zoeken’. Een dergelijke actie, die mensen persoonlijk in gevaar brengt is niet goed te praten. Duyvendak hield de eer aan zichzelf en trad af als kamerlid. Daardoor was er geen discussie over verjaringstermijnen. Hoe lang na dato mag je nog afgerekend worden op fouten uit je jonge jaren? Hoe groot moeten die fouten dan zijn?

Het probleem van de manier waarop rechts om rekenschap vraagt van de actievoerders van toen, is dat zij meer uit lijkt te zijn op het laten rollen van koppen dan op een debat over wat wel en niet geoorloofd is. Geen weldenkend mens zal beweren dat het pikken van een geheim dossier hetzelfde is als het bedreigen, of zelfs fysiek actie ondernemen tegen personen, zeker als uit het geheime dossier zou blijken dat de overheid ons heeft voorgelogen.

Het probleem is echter dat rechts Nederland nu (in zijn triomfalisme?) alles over een kam scheert. Je mag volgens hen nimmer, nooit iets doen dat in strijd is met de wet.

Dat is wel heel erg kort door de bocht. Veel (alle?) democratieën zijn immers verre van perfect. Dat gold bijvoorbeeld jarenlang voor de Verenigde Staten, waar de zwarte minderheid systematisch werd uitgesloten van deelname aan het democratische proces. Er bestond al meer dan honderd jaar een burgerrechtenbeweging, maar die kreeg pas succes toen die vanaf 1954 onder leiding van Martin Luther King koos voor burgerlijke ongehoorzaamheid. Zonder de ‘onwettige’ acties van dappere mensen, die weigerden de rassenwetten te gehoorzamen, waren die niet ingetrokken.

In Duitsland werden in 1934 de Neurenberger rassenwetten uitgevaardigd door de in 1933 democratisch gekozen regering van Adolf Hitler. Als de Duitse bevolking massaal tegen deze misdadige wetgeving in actie zou zijn gekomen, zou dit moreel én juridisch geoorloofd zijn geweest. De verschrikkelijke geschiedenis van de twintigste eeuw had dan misschien een ander verloop gehad.

Ook in een democratie kunnen wetsovertredingen (burgerlijke ongehoorzaamheid) dus nodig en verdedigbaar zijn. Socioloog Kees Schuyt ontwikkelde in zijn proefschrift uit 1972 al criteria waaraan burgerlijke ongehoorzaamheid moet voldoen om in een democratie moreel en juridisch verdedigbaar te zijn. ‘De wetsovertreding komt voort uit het geweten, is weloverwogen, men heeft eerst andere wettelijke middelen gebruikt, de handeling geschiedt openlijk, er moet een symbolische samenhang bestaan tussen daad en de te overtreden wet, men werkt vrijwillig mee aan arrestatie en vervolging, men aanvaardt het risico van straf, de rechten van anderen worden zoveel mogelijk geëerbiedigd. En vooral: de actie is geweldloos.’ Aldus vat Schuyt ze samen in Trouw van 23 augustus 2008, waarin hij ook bovenstaande voorbeelden aanhaalt.

Schuyt klaagt de inquisiteurs van nu terecht aan voor hun selectiviteit. ‘Duyvendak verkeert daarbij in goed gezelschap van de vroege provo Relus ter Beek, de toen geharde marxist Pim Fortuyn en de kraakster Rita Verdonk, politici die thans een onbevlekt democratisch blazoen toegedicht krijgen. Hun onkritische gelijkhebberij van toen vertoont echter opvallend veel overeenkomsten met de hedendaagse populistische kritiek (‘Dat Haagse gedoe’).’

Het debat over wat wel en niet geoorloofd is als buitenparlementaire actie en burgerlijke ongehoorzaamheid is nuttig en komt rijkelijk laat. Daarin heeft rechts gelijk. Het zou echter oliedom zijn om het debat nu niet zuiver te voeren, los van revanchisme. Anders krijgen we over een aantal jaren een nieuwe ronde van deze onfrisse inquisitie, waarbij de rollen weer anders liggen.

Meer columns | Meer Nederland | Index artikelen | Contact