British flag  Bandeira brasileira
Plaatje familiewapen De Munnick

Plaatje Portugese vlag

Nederlandse boeren in Portugal (2)

Bert Ernste

Boerderij 15 augustus 1984

Kaartje Portugal Dat er jonge agrariërs zijn die alleen of in gezinsverband bereid zijn om keihard te werken aan een nieuw bestaan blijkt ook in dit tweede en laatste artikel over boeren in Portugal. Soms moesten zij een trage overheid voor lief nemen. Veel aanpassingsvermogen is gewenst.

Als een soort kluizenaar woont en werkt Bram van Marrewijk in de buurt van Silves, de vroegere Moorse hoofdstad van de Algarve. Bram is afkomstig uit een tuindersfamilie in het Westland en is 22 jaar oud. Hij was verzekerd van een plaats op het bedrijf van zijn vader, maar wilde liever voor zichzelf beginnen. Ook hij zag dat je in Portugal nog echt een bedrijf van de grond af kon opbouwen. Daarom kwam hij twee jaar geleden naar de Algarve.

Van Marrewijk: “Er stonden allemaal oude en verwaarloosde granaatappelbomen op het terrein en een paar mispel- en perenbomen. Die heb ik er eerst allemaal moeten uithalen. Daarna heb ik een stel tweedehands kassen uit Nederland gehaald. Dat heeft wel de nodige moeite gekost bij het krijgen van de importvergunning. Hoe vaak ik niet m Lissabon bij de bank van Portugal ben geweest! En je krijgt nooit de verantwoordelijke figuur te spreken. Er was daar een meisje dat steeds heen en weer liep tussen mij en het bureau van de man die blijkbaar moest beslissen. Dan kwam ze weer een vraag stellen en dan ging ze het antwoord weer aan die mijnheer vertellen. Dat mocht ik niet zelf doen.” De kassen zijn er nu en Van Marrewijk kan 8.000 vierkante meter overdekken. Vanwege de kosten gebruikt hij plastic in plaats van glas.

Water
Water heeft Van Marrewijk genoeg, want hij zit in een dal vlak bij een riviertje. Maar de waterhuishouding is nog lang niet geregeld. “Er is een slotensysteem van betonnen goten. Omdat het land verdeeld is geraakt en niet meer van één persoon is, zijn die goten niet onderhouden. Ik heb daardoor problemen met de afwatering. In mijn gedeelte heb ik pvcpijpen in de goten gelegd. Het repareren van de goten zou veel meer werk kosten. Mijn buurman vindt die pijpen maar niets, veel te modern.”

Een ander probleem is dat het riviertje brak is door de getijdewerking van de zee. Planten die te diep wortelen gaan dood door het zout. Daarom moet Van Marrewijk voorzichtig zijn met kunstmest.

Doe-het-zelver
Van Marrewijk is een echte doe-het-zelver. Het interesseert hem niets dat hij daar alleen zit op zijn vier ha in een oud huis zonder stromend water, gas en licht. “Als het bedrijf geld gaat opleveren, dan gooi ik het wel eens plat en dan bouw ik wat nieuws.” ’s Avonds gaat Van Marrewijk meestal in een goedkoop restaurantje eten en soms een pilsje drinken in de Rembrandtbar. Een bar met een Hollandse eigenaar.

In de toekomst wil Van Marrewijk potplanten gaan kweken, want dat is zijn specialisatie. De bedoeling is dat ie planten dan worden geëxporteerd. Nu kan dat nog niet en kweekt hij ’s winters tomaten en ’s zomers droogbloemen (Statice) en gladiolen. Verder is hij begonnen met Phoenix die als ze groot genoeg zijn naar Nederland gaan. Ondanks enkele tegenslagen ziet Van Marrewijk het nog steeds zitten. “Ik heb er elke dag weer zin in.”

Kleine kinderen
In de buurt van Évora ligt het bedrijf van de familie Von Feltz. Vier jaar geleden kwamen ze naar Portugal, hun twee kleine kinderen zijn in Portugal geboren. Voor Von Feltz was het weggaan uit Nederland een duidelijke keuze: “Ik heb geprobeerd om in Nederland een bedrijf op te zetten, ik wilde een witloftrekkerij beginnen. Maar ik kon bijna nergens aan de grond komen, terwijl ook de investeringen heel hoog lagen. Toen ben ik in het buitenland gaan kijken en het is Portugal geworden. In Portugal kun je een bedrijf nog echt van de grond af opbouwen, iets wat in Nederland al bijna niet meer kan.”

Vooralsnog ziet de familie Von Feltz niet gebeuren dat ze voorgoed in Portugal blijven. Volgens hen moeten de kinderen na de lagere school terug naar Nederland om niet ontworteld te raken en op te groeien zonder een echt, eigen thuisland. Voorlopig speelt dat echter niet.

Von Feltz heeft nog veel plannen die hij in Portugal wil uitvoeren. Als hij na een goed jaar genoeg geld heeft wil hij investeren in een schuur met koelcellen om in aardappelen te kunnen handelen, eventueel voor export naar Nederland.

Water is goud
Op dit moment gokt Von Feltz vooral op graan waar hij meer in ziet dan in zijn 50 vleeskoeien. “Die zijn meer voor de risicospreiding.” Van de 270 ha waarop Von Feltz boert is ongeveer 110 ha voor tarwe en 45 ha voor gerst. Op 20 ha teelt hij een grasmengsel als veevoer en op 60 ha worden zonnebloemen gekweekt.

Water is goud in de Alentejo. Von Feltz is dit ‘goud’ gaan zoeken, met behulp van een wichelroedeloper. Met een overheidssubsidie van 30 procent van de kosten heeft Von Feltz op de door de wichelroede aangegeven plaats een bassin laten graven. Om te beginnen wil Von Feltz 12 ha hieruit gaan beregenen, deels voor zonnebloemen, voor een ander deel voor mais in hybride teelt (zaaigoed).

Graan vormt, zoals gezegd, de hoofdmoot. De Portugese staat heeft nog steeds het monopolie op de binnenlandse graanhandel. Er is een begin gemaakt met de geleidelijke opheffing van het graanmonopolie van de Portugese overheid. Het staatsgraanbedrijf betaalt een vastgestelde, goede prijs voor graan, zodat een efficiënte boer goed kan boeren.

Een van de problemen bij het telen van graan in Portugal is het zaaigoed. Zelfs in zaaigoed met het hoogste keurmerk zit. vaak zaad van andere soorten. Gefluisterd wordt dat de keurmeesters van het staatsgraanbedrijf nog wel eens de hand willen lichten met de normen. Een ander probleem is dat wilde haver het ergste onkruid is in de streek. Om toch een zuivere oogst te krijgen neemt Von Feltz voor het oogsten een aantal Alentejaanse vrouwen in dienst die de velden doorlopen en al het graan dat er niet thuis hoort plukken.

De grootste angst van een boer in de Alentejo is dat de graanoogst verloren zal gaan door brand. Tegen de tijd dat het graan hoog staat is het warm en droog in de Alentejo. Eén vonkje is dan genoeg om de hele oogst in vlammen te doen opgaan. Meestal geeft de familie Von Feltz na de oogst een oogstfeest waar bijna iedereen uit de omgeving wordt uitgenodigd. Eén jaar hebben ze vanwege omstandigheden overgeslagen, maar dat vinden ze allebei jammer. Een varken aan het spit, veel wijn en muziek en zang zijn de ingrediënten van het ouderwetse feest.

Raar
Lucia Von Feltz vertelt dat ze het in de streek maar raar vinden dat zij op de boerderij wonen. “De meeste landeigenaren willen tegenwoordig in de stad wonen en komen alleen op hun bedrijf als het nodig is. Dat de boer zelf op de trekker zit en hard meewerkt op het bedrijf is helemaal ongehoord. Net zo raar, maar toch ook wel leuk, vinden ze het dat ik zelf de kinderen opvoed en geen kindermeisje heb.”

Soms vindt zij het wel eenzaam om buiten te wonen en weinig mensen te ontmoeten, maar daar staat ook veel tegenover, vindt ze. “Welke kinderen in Nederland kunnen zo opgroeien, buiten en met beesten”, vraagt zij. “Voor mij is mijn jeugd op het platteland mijn beste herinnering.” De winter is echter een moeilijke tijd. “Je zou het niet verwachten in Portugal, maar dan komt de temperatuur dichtbij het vriespunt en de boerderij is niet warm te stoken.”

Meer Portugal | Index artikelen | Contact