Hoe Indonesië West Papua koloniseert
Bert Ernste
November 2014
De boekenkast opruimen kan verrassend zijn. Je vindt ineens dat boek waar je jaren naar zocht, of komt boeken tegen die je ondanks goede voornemens nog steeds niet gelezen hebt.
Dat laatste was het geval met het boek Poisoned arrows (Gifpijlen) van George Monbiot uit 1989. Het betreft een reisverhaal in West Papua, waarbij de auteur en zijn fotograaf proberen te achterhalen wat er waar is van het verhaal dat Indonesië de lokale bevolking verdrukt door het programma van transmigratie, waarbij grote aantallen immigranten van andere eilanden van Indonesië worden overgebracht naar West Papua.
Ondanks het feit dat het boek nu 25 jaar oud is, is het nog steeds zeer de moeite waard. De reisbeschrijving geeft een mooi, maar onthutsend beeld van West Papua 25 jaar nadat Indonesië daar de macht overnam van de Verenigde Naties, die het gebied enkele maanden bestuurden nadat Nederland als koloniale macht was afgedropen. West Papua viel onder de naam Nederlands Nieuw-Guinea eeuwenlang onder Nederlands gezag.
De auteur gaat samen met zijn fotograaf buiten de gebaande paden. Ze trekken door de rimboe met papuagidsen en negeren daarbij het pasjessysteem van de Indonesische autoriteiten. Als ze weer in de bewoonde wereld aankomen, houden ze dan ook hun hart vast, wanneer ze zich weer melden bij de lokale politiefunctionaris. Ze hebben geluk: die vindt het een mooie bak dat ze zijn collega’s in het vorige dorp het nakijken hebben gegeven en zet opgewekt de nodige stempels op hun papieren.
De beschrijving van de plaatsen waar de schrijver en zijn fotograaf komen, zijn levendig en zeer leesbaar. Ze scheppen een beeld van langs elkaar levende groepen: de autoriteiten die lang niet altijd met vreugde op hun post in West Papua zitten, transmigranten van verschillende eilanden van de archipel en ‘spontane’ immigranten en een steeds verder gemarginaliseerde lokale bevolking.
Daarbij laat het boek zien dat het Indonesische transmigratieprogramma ook voor de transmigranten vaak een bittere teleurstelling was. In een aantal gevallen werden die gehuisvest op onvruchtbare stukken land, zonder de beloofde infrastructuur, zoals wegen en gezondheidszorg. Ziekenhuizen en andere infrastructuur, die Nederland achterliet was, voor zover het roerende zaken betrof, grotendeels naar Java afgevoerd. Dat de transmigranten niet kregen wat hen beloofd was, lag vaak aan slechte planning, vaak ook aan corruptie. Er waren bijvoorbeeld projectleiders die materiaal achter hielden om te verkopen of om zelf een tweede huis te laten bouwen. De Wereldbank speelde een kwalijke rol bij het transmigratiepogramma.
De lokale bevolking, de papua’s hadden helemaal het nakijken, want zij raakten steeds meer gemarginaliseerd door de instroom van Indonesiërs van andere eilanden, die een geheel andere cultuur en religie hadden en bovendien meestal neerkeken op de volgens hen primitieve en vieze papua’s. De grond waarop de transmigranten gehuisvest werden, of waar delfstoffen worden gewonnen (er is een enorme kopermijn in West Papua) werd ontnomen van de papua’s, zonder dat deze daar een fatsoenlijk alternatief of vergoeding voor kregen.
Ook probeerden de Indonesische autoriteiten een aantal keren om papuagemeenschappen te dwingen om ‘Indonesisch’ te gaan leven. Bijvoorbeeld door het afbranden van de huizen van de papua’s om hen te te noodzaken huizen naar Indonesisch model te aanvaarden. In een dorp hakten Indonesische militairen de bananenbomen van de papua’s tussen het dorp en de rivier om, omdat ze anders geen zicht hadden op het stuk tussen hun kazerne en de rivier, wat bij een eventuele aanval problemen geeft. Dat die bomen een belangrijke voedselbron waren van de lokale bewoners, werd genegeerd.
Niet verrassend dus dat er veel verzet was onder de papua’s. De schrijver van het boek probeert ook contact te leggen met de guerillastrijders, wat met de nodige voorzichtigheid moet gebeuren. Uiteindelijk constateert hij dat de papua’s bij gebrek aan buitenlandse steun een gewapende strijd tegen het Indonesische regime nooit en te nimmer kunnen winnen.
Ook na 25 jaar is Poisoned arrows nog steeds een onthutsend boek, vooral als je weet dat de situatie voortduurt. Sommigen spreken van een langzame genocide. Het transmigratieprogramma staat weliswaar op een laag pitje, maar de lokale bevolking wordt nog steeds als oud vuil behandeld en steeds verder gemarginaliseerd. Of je dat genocide moet noemen is twijfelachtig, maar dat de papua’s zwaar onderdrukt worden staat als een paal boven water.
Dit boek brengt die akelige realiteit in onze oud-kolonie op uitstekende wijze tot leven, meer dan de talloze, logischerwijs wat afstandelijke rapporten over mensenrechtenschendingen en de sociaal-economische positie van de papua’s, onze voormalige rijksgenoten. Tevens is het een boeiend reisboek. Over een heel bijzondere reis. Warm aanbevolen.
De Nederlandse vertaling van het boek staat online (gratis). Het pdf-bestand is het best leesbaar.
Meer West Papua | Meer koloniale geschiedenis